Een in beton gegoten carnavalskraker over het goede leven in het Brabantse land repte ooit over een dorpje dat in je hand past. Wie door de provincie fietst of wandelt, komt er al snel achter dat alles in één hand past. Of vooruit, twee flinke handen. We verkennen wandelend en fietsend een deel van de 260 km lange Zuidwaterlinie waar zowel het platteland als de stad nooit heel ver weg zijn.